Dat blijkt uit cijfers van het CBS. Het statistiekbureau vergeleek twintigers van nu met die van tien jaar eerder en keek daarbij onder meer naar de woonsituatie, de financiën en het opleidingsniveau.
Daaruit komt naar voren dat het besteedbaar inkomen van twintigers die op zichzelf wonen, uitkomt op gemiddeld 30.000 euro. Bij de vorige generatie twintigers was dat nog 25.000 euro. Het CBS zegt dat hierbij rekening is gehouden met de inflatie.
Met name mensen die bijna 30 jaar oud zijn, krijgen maandelijks meer binnen. Wie tussen de 20 en 23 jaar oud is, verdient nauwelijks meer dan de vorige generatie.
Dat het gemiddelde inkomen is gestegen, komt mogelijk door de lagere werkloosheid. Zo had vorig jaar 84 procent van de twintigers een baan. Dat was tien jaar daarvoor nog 80 procent.
Meer vermogen door koophuis
Ook het vermogen is erop vooruitgegaan. De gemiddelde twintiger die op zichzelf woont had tien jaar terug nauwelijks reserves, maar inmiddels is dat wat verbeterd. Dat geldt dan vooral voor wie bijna dertig is en een koophuis heeft. Het gros van het vermogen komt namelijk uit het woningbezit. 25-minners hebben nog steeds amper vermogen.
Ook blijkt dat de twintigers van nu langer bij hun ouders blijven wonen. Vermoedelijk spelen de problemen op de woningmarkt hierbij een belangrijke rol. Met name starters komen er op de huizenmarkt amper tussen. Prijzen zijn hoog en het aanbod is klein. Dat geldt zowel voor huur- als voor koopwoningen.
Wat is precies de pechgeneratie?
De term pechgeneratie wordt gebruikt voor degenen die aan hun studie begonnen in de jaren van het leenstelsel. Dat was van kracht tussen 2015 en 2022. Deze studenten hebben vaak een hoge studieschuld.
Daar komt bij dat ze door het huidige woningtekort moeilijk aan een huis kunnen komen, doordat hun inkomen vaak te laag is om genoeg hypotheek te kunnen krijgen. Dit wordt verergerd door hun hoge studieschuld.
Hierdoor zijn ze vaak aangewezen op een huurwoning, maar daar zijn er niet zoveel van en de prijzen zijn hoog.
Langer op school en een hogere studieschuld
Niet alleen blijven twintigers tegenwoordig langer in het ouderlijk huis wonen, ze blijven ook langer op school. Waar eerder nog 45 procent van de 23-jarigen onderwijs volgde, is dat momenteel 53 procent. Uit de cijfers blijkt dan ook dat flink meer jongeren een hbo- of universitair diploma hebben.
Helaas is ook het aantal twintigers met een studieschuld gegroeid én is deze schuld hoger. Waar twintigers zo'n tien jaar terug nog gemiddeld 11.000 euro moesten terugbetalen, is dat inmiddels gegroeid naar 13.000 euro. Vooral de invoering van het leenstelsel, waardoor elke euro studiefinanciering moet worden terugbetaald, veroorzaakte de stijging.